Stapt Bakker over op Zetor?
Rubriek Merkenwissel > Zetor vs John Deere
De "Merkenwissel"-rubriek stelt lezers van het blad Trekker in staat om eens een ander trekkermerk te testen. Ditmaal stelde Zetor hiervoor een trekker beschikbaar. Maarten Bakker zag de oproep. Hij associeert het Tsjechische merk met eenvoud. En dat past 'm wel. De John Deere-rijder schreef een mail en testte de trekker bijna twee weken.
Het is oktober, als de Proxima arriveert. Dat wil zeggen dat het grauw is in de polders rond Dirkshorn (NH), en dat volop kool wordt geoogst op de natte klei. De nog glimmende en knalrode Zetor valt op tussen de John Deere-trekkers, die vooral kleikleurig zijn. Maarten Bakker ziet de trekker voor het eerst en zijn eerste ontmoeting hangt aan elkaar van verbazingen. “Hé, spatbordbediening. Gegalvaniseerde trapjes”, contstateert Bakker. De loonwerker neemt plaats op de stoel. “Oh, maar dit is erg lux, zegt Maarten verrast. “Kijk het dashboard! Digitaal, en ik kan hier instellingen doen. Zelf een hectareteller.” Dan valt z’n oog op de twee poken links van de stoel. “Oh ja, de Zetor van een klant heeft dit ook”, herinnert hij zich. “Volgens mij kies je met één trekhendel tussen toeren – en rijafhankelijke aftakas. En die ander is voor de versnelling.” Omdat er geen pictogram aanwezig is, is Maarten genoodzaakt het boek erbij te pakken. Het duurt best even om uit te zoeken hoe het nu daadwerkelijk werkt. Achteraf blijkt dat je óók in het dashboard moet kiezen voor het gewenste toerental. “Dat valt me tegen. Zo’n eenvoudige trekker, maar de aftakas schakelen gaat verschrikkelijk omslachtig.”
Gauw te zwaar
De kooloogst is een drukke periode voor Loonbedrijf Kees Bakker. Zo zijn de mannen druk met het machinaal oogsten van witte kool. Maar verder wordt er ook blafafval verstrooid, nadert de najaarsschouw, en komt er geoogst koolland vrij dat nog moet worden bewerkt en ingezaaid. De Zetor wordt dan ook breed ingezet. Maarten probeert de Zetor zó in te plannen dat deze hetzelfde werk doet als een vergelijkbare trekker: de John Deere 6430 met Powerquad Plus-bak (viertraps powershift). De modellen zijn op papier bijna gelijk met praktisch even grote en sterke motor, en ook wielbasis, gewicht en transmissie komen sterk overeen. (zie kader: technische gegevens). De ‘6430’ nadert de 7.000 draaiuur. “Een fijne trekker. Erg jammer dat John Deere dit type niet meer bouwt”, vertelt Maarten. “De nieuwere 6130R is toch groter en zwaarder, en dat willen we niet voor de koolplanter. Afgelopen jaar hadden we een 5125R op demo, dat formaat past ons beter. Ik ben ook benieuwd naar de nieuwe 6120M. Maar wellicht is deze Proxima een prima alternatief.”
Tilt ’t zomaar
De Zetor begint z’n testperiode met een makkelijke klus: met een oprijwagen het rupskraantje verplaatsen waarmee de slootkanten worden netjes gemaakt. Een klus waar normaal de 25 jaar oude John Deere 1950 voor wordt gebruikt, die overigens op dezelfde lage achterbanden staat (R34’s). Tijdens het verplaatsen valt op dat de trekker nogal hoog in toeren draait de wegsnelheid (zo’n 2.400 tpm bij 39,1 km/u), en daarmee is het gehorig in de cabine. Maar verder: ging gewoon prima, vat Bakker nuchter samen.
13 oktober - De Zetor begint met een makkelijke klus: het rupskraantje verplaatsen om de slootkanten netjes te maken. De trekker rijdt 39,1 km/u met zo'n 2.400 toeren en daardoo is het wat gehorig.
Werkdag twee: spitten. Maarten hangt de Gramegna V40-spitmachine achter de rekker, waarbij trouwens opvalt dat de Zetor ‘maar’ hefcategorie 2 heeft. De krukasspitter is 3 meter breed, spit zonodig 40 centimeter diep en weegt 2.200 kilo. Een fors apparaat. “Maar de Zetor tilt ‘m zo op . Moeiteloos”, vertelt Bakker. Vervolgens moet er bladafval worden verstrooid, met de Somson-strooier. Een flinke strooier, maar ook daar heeft de Proxima geen problemen mee. ”Ik vind wel dat de aftakas erg abrupt aanslaat. Dat viel me tijdens het spitten al op”, legt Maarten uit. “Het duurt even voordat de stomp gaat draaien, maar dan gaat-ie ook meteen ruig aan.”
14 oktober - Spitten met een Gramegna V40, een flinke spitter. De Zetor doet het prima. Wel zijn de achterwielen lager dan van de '6430'(R34's).
14 oktober - De Zetor tilt de zware spitmachine moeiteloos omhoog. De hef komt ook hoog genoeg. De Zetor heeft categorie 2, dat had wel 3 mogen zijn voor dit soort machines.
15 oktober - Bladafvalverstrooier. Als je de aftakas (elektronisch) aanzet, is er een kleine vertraging, en dat slaat hij ineens abrupt en ruig aan.
15 oktober - Met de Samson-strooier. De cabine is ruim en lekker overzichtelijk. De Zetor schakelt eventueel zelf door de powershift-versnellingen en er is een handkoppeling.
De najaarsschouw nadert. En daarom wordt de Zetor twee dagen gebruikt voor de Votex-klepelbak. De John Deere 6430 heeft óók mechanische ventielen, en dus moet de Proxima niet veel onder. Maarten: “Een verschil is wel dat de hendels van de Zetor langer zijn, waardoor m’n elleboog niet kan rusten tijdens het bedienen ervan.”
17 oktober - Slootkanten klepelen. De mechanische ventielen bewegen wat stug. Vanwege de lange hendels kun je niet de elleboog laten rusten.
Voor de snijmachine
Na nog twee dagen voor de oprijwagen, bouwt Bakker de koolsnijmachine achter de Zetor. Die werkt grotendeels hydraulisch en het is van belang dat deze het juiste aantal liters olie binnekrijgt. Er blijken drie dubbelwerkende ventielen te zijn, máár geen reduceerventiel. Afijn, er wordt via Zetor-importeur Zetrac en via dealer Sietse Veen een extern smoorventiel geleverd, dat wordt aangesloten op de drukloze retour. En dat werkt, de Zetor gaat op pad om te snijden. Wat opvalt: de cabine is ruim en breed en daardoor is er goed zicht op de snijunit. Die zit trouwens aan de linkerkant, en gelukkig draait de stoel óók naar links. Het zicht op de snijmachine is beter dan in de John Deere. Ook omdat de stoel verder kan draaien. Er is ook goed zicht op de voorwielen. Dat er geen kruipvernelling is, maakt het snijden (2,3 km/u) niet uit.
21 oktober - Kool snijden. De snijunit zit aan de linkerkant, en de stoel draait best ver laar links. Sowieso is er veel zicht op het werk, meer dan in de John Deere.
Maaiarmtrekker
Bekker heeft de Zetor bijna twee weken kunnen testen. Conclusie: de trekker doet qua prestaties niet onder voor de John Deere 6430. Wel is de 6430 wat comfortabeler: hij schakelt soepeler, de ventielen zijn minder stug en het aftakastoerental is snel te wisselene. “Weet je”, vertelt Maarten, “ik ben echt benieuwd naar de Zetor-zescilinder. De Crystal. We hebben namelijk nu een John Deere 6600 met maaiarm die we 200 uur per jaar gebruiken. Die is aan vervanging toe. Maar voor die uren is een nieuwe 6R niet interessant, en een gebruikte trekker vind ik een risico. Ik denk dat een Crystal een interessante optie is, zeker als de maaiarm te demonteren is”sluit Bakker af.
Blad: Trekker
Tekst: Bob Karsten
Foto’s: Loonbedrijf Kees Bakker, Bob Karsten
Bron: Trekker 387 december 2020
Reactie Importeur
De merkenwissel is een geweldige manier om de klant te laten ervaren wat Zetor allemaal te bieden heeft, maar ook om vervolgens terugkoppeling te krijgen vanuit het veld, zodat wij een steeds beter totaalproduct kunnen leveren. "Moderne eenvoud", dat is de koers die Zetor met het compleet vernieuwde portfolio voortzet. Geen onnodig dure techniek en tot 120pk geen Ad-Blue, maar betrouwbare en comforabele trekkers die doen waar ze voor bedoeld zijn, namelijk hard werken. En uiteindelijk geldt onder streep nog steeds: Wie rekent, rijdt Zetor.
